Reisroute: Cancun (Mexico) – Havana – Santiago de Cuba – Trinidad – Cienfuegos – Santa Clara – Havana – Cancun (Mexico)
Van eiland naar eiland… en nu ben ik dan in cuba. Niet zoals de naam doet denken van dit stukje; is dit land verre van vrij. Het is een tot de verbeelding sprekend land met grootheden, natuur en een rijke cultuur.
In Havana sliep ik in een Casa Particular bij een oud inspirerend vrouwtje, Nora. Als een soort moeder zorgde ze voor me en soms had ze de meest aparte verhalen. Zo vertelde ze dat ze de lerares was van Fidel Castro en dat ze dat verschrikkelijk vond vanwege de barre omstandigheden.Van communisme moet ze eigenlijk niets hebben en Raoul zou ze zelfs kunnen schieten. En waarom werd al vrij snel duidelijk.
Het historisch centrum van Havana is mooi, opgeknapt voor de toerist. Het capitolio, Plaza Vieja en zelfs het Che portret op het ministerie zien er vriendelijk uit. Zodra je maar een paar straatjes inging, zag je de bouwvallige huizen, de kapotte rioleringen en straten. De armoede lag letterlijk op straat. Apotheken met anderhalf medicijn en supermarkten zonder levensmiddelen. Dat is misschien het echte Cuba. De veranderingen hier gaan blijkbaar niet al te snel, maar verbeteringen zie je gelukkig dan ook nog wel. De meeste mensen die ik sprak, vertelden in ieder geval dat ze vinden dat het land ineens wel vooruit gaat.
Na Havana nam ik een vlucht naar Jamaica en was ik na een week weer terug in Havana met aansluitend, vooral gammel vliegtuig, naar Santiago de Cuba. De stad van de revoluties stelde in veel opzichten teleur. De staat van de stad is ronduit schrikbarend. Rioleringen kapot; drollen drijven zowat op straat en geen enkele straat is heel. En dan nog de zielige flatgebouwen (Russische makelij) doen een vleugje deprimerend gevoel erbij. Het blauwe stadhuis waar twee maal een overwinning werd gevierd, eerst van de Spanjaarden en daarna de revolutie van Fidel, maakte geen indruk. Misschien ben ik gewoon niet Cubabestendig genoeg. De Plaza de la Revolucion was vooral boembastisch en saai. Geen drol aan. Het museum was vooral een reclamecampagne voor de ‘oh zo goede revolutie tegen Batista’ met veel tralala. Ok, toegeven; in het museum werd wel duidelijk dat hij een flinke smeerlap was die mensen ointvoerde en martelde. Dat het zo erg was in die jaren wist ik niet.
Santiago de Cuba is een grotere stad en liep dus meer door open riolen dan op straten. Soms verging ik echt van de stank.
De stinkstad heb ik maar verlaten voor het veel mooiere Trinidad. Prachtig gelegen vlakbij de Valle de los Ingenios. Hier ben ik met een trein doorheen gegaan en kon ik meer te weten komen over de slavernij. het was een tijd waar het goed ging in Cuba. Export en groei en suikerrietbaronnen. Helaas is daar nu niets meer van over. De onafhankelijkheidsstrijd heeft zijn tol geeist.
Toch is het niet allemaal treurig. Trinidad is goede plaats om de natuur de verkennen: Trinitopes. Zoals de naam klinkt, zo ziet het er ook uit. Groen en veel dieren. Ik struikelde zowat over de slangen, hagedissen en vogels op weg naar de watervallen. Even maakte communisme plaats voor pure natuur. Ook op Cayo Blanco wemelde het van de dieren. Leguanen en agoutis liepen steeds om me heen. Met mijn vriendjes ben ik dan ook op de foto gegaan 😉
Zoals altijd komt aan de natuur ook weer een eind en maak je plaats voor een stad. Met nog maar 2 daagjes te gaan – en tijd die aleen maar kan vliegen – bezoek ik in afraffeltempo, Santa Clara. De stad van de revolutie, de stad van Che Guevara, de stad die alles heeft gezien. Che ligt hier begraven in een boembastisch gebouw. De fotoreportage en het museum hebben mij geholpen om deze man beter te prjecteren. Nu denk ik toch niet, dat hij de grote held is zoals iedereen denkt. Een ideologie waar mijn maag van omkeert. Bewijs is er in Cuba: het heeft nooit gewerkt. Maar goed, ieder zijn eigen mening.
En intussen was de tijd dus weer gevlogen en moest ik terug naar Havana. Dit zou pas een avonturenrit gaan worden. Keren op de snelweg, achteruit rijden op de snelweg en zelfs even dubbelparkeren op de…. ja inderdaad snelweg. En dat alleen maar voor iemand die was vergeten in het restaurant bij de pauzestop. Ik kon zeggen wat ik wilde, ik kwam heelhuids aan en op tijd.
Cuba uitgaan ging zeer moeizaam. Bij de emigratie werd mijn papoort ingenomen en kwam de chef van de emigratie erbij. Na een kruisverhoor van 10 min. en een wachtijd van bijna een half uur kon ik nog op tijd het vliegtuig instappen. Hiermee was het communistisch avontuur ten einde.
En hoe het verder zal gaan… dat weet niemand.
Ciau Amar 🙂